Herinneringen aan psychisch, fysiek en seksueel geweld vormen een bedreigende ervaring voor het leven. Erkenning door de samenleving en ter verantwoording roepen van degene die verantwoordelijk ervoor waren zijn belangrijk. Voor onszelf, voor de samenleving en voor de organisatie die hiervoor verantwoordelijk is. Het geheugen is er om van te leren.
Gegrondverklaringen hebben voor een aantal van jullie de herinnering aan seksueel misbruik minder bedreigend gemaakt. Als gegrondverklaring vanwege ontbrekend steunbewijs onmogelijk was, heeft erkenning door de rechter van de authenticiteit van de klacht voor sommigen ook verschil gemaakt. Herstelbemiddeling heeft vrijwel steeds, als die weg eenmaal gegaan werd, dieper kunnen overtuigen dat er van het verleden geleerd is, maar slechts weinigen hebben congregaties en ordes daartoe bereid gevonden.
Voor psychisch en fysiek geweld zou de commissie HEG erkenning geven. Wij hadden onze twijfels, maar we hebben veel meer en veel ernstiger klachten daarover gekregen dan we verwachtten. We waren er stil van, wilden even niet naar buiten treden om het eerst zelf een plaats te kunnen geven. Er zijn ook positieve ervaringen en daarnaast berichten van vrouwen die de ontkenning van daders en verantwoordelijken hebben gezien en nu vooral hun hoofd schudden over de kleinzieligheid daarvan.
Op dit moment werken we aan een verslag van al die ervaringen. Jullie reacties zijn nog steeds welkom, over negatieve ervaringen maar ook over positieve ervaringen. Daar blijven we ons voor inzetten, en als de ontkenning zo groot blijft als die nu is, dan zullen we dat aan de kaak stellen.
We zullen spoedig in een nieuwsbrief bekend maken wat we ondernemen voor betere erkenning van psychisch en fysiek geweld. Over het kort geding tegen de sluiting van de klachtencommissie verschijnt aan het eind van de week een persbericht.